Voor schikkingen pluk je meestal bloemen die net opengaan. Bij hortensia’s (Hydrangea) ligt dat anders. Voor een lang vaasleven moeten deze bloemen enigszins zijn afgehard en een beetje aanvoelen als leer. Wil je ze laten indrogen, dan moeten ze bij aanraking ook een beetje knisperen. Deze muur- of deurversiering bestaat uit drie afzonderlijke delen, die je uiteindelijk met wikkeldraad aan elkaar maakt. Uiteraard kun je er ook voor kiezen alleen het hart of de krans te maken.
Krans en hart
Nodig:
Werkwijze:
Vorm van het ijzerdraad een cirkel en een hart. Verdeel de hortensia in kleine toefjes. Leg twee toefjes plat op het ijzerdraad met de steeltjes langs het draad, draai het wikkeldraad om de steeltjes. Leg vervolgens weer een randje van twee toefjes naast elkaar (steeltjes richting het draad) en draai er wikkel- draad omheen. Op deze wikkel leg je weer een nieuw randje en zo ga je de hele cirkel en het hartje rond. De randjes overlappen elkaar als dakpannen. Knip aan het eind het wikkeldraad af en hecht het af.
Tussenstuk
Nodig:
Werkwijze:
Bind vijf berkentakken om het ijzerdraad. Bind daar de andere vijf takken
boven en onder aan vast, zorg dat ze in het midden iets afstaan. Bind met wikkeldraad het ingepakte stukje steekschuim vast tussen de takken. Steek heel voorzichtig de materialen in. Maak eerst met het puntje van een mes/schaar een gaatje in het plastic. Laat de klimopranken door de takjes naar boven en onder slingeren. Steek het appeltje met behulp van een satéstokje in.
Tips:
Tekst, beeld en arrangement: Marieke Nolsen
