De beste tijd om rozen met kale wortels te planten is tussen november en maart, mits het niet vriest! De grond is nog lauw, de planten zijn in rust en hebben hierdoor weinig last van de stress van het verplanten.
Rozen zonder pot of potgrond en waarvan je de wortels kunt zien worden ‘rozen met kale wortel’ of ‘blote wortel’ genoemd en zijn van november tot maart verkrijgbaar. Maar, hoe plant je rozen met kale wortel?
Zo’n ‘kale’ roos moet zo snel mogelijk de grond in, zodat de wortels niet de kans krijgen uit te drogen. Liefst op een droge, bewolkte dag wanneer het niet vriest en niet hard waait. Als het goed is, heb je van tevoren dus al een minstens 30 centimeter diep en breed plantgat gegraven voor de nieuwe aanwinst. Zo niet, doe dat dan alsnog en bewaar de roos met kale wortel zolang in een emmer met water. Zodra het plantgat klaar is, kun je de roos erin laten zakken. Je hoort of leest weleens dat je de wortels wijd uit moet spreiden, maar dat hoeft echt niet. Zorg dat de ent- of oculatieplaats (de verdikking tussen de wortels en de takken) ietsje onder de grond blijft. Mettertijd zakt de aarde rondom de roos nog wat en komt de entplaats vanzelf op gelijke hoogte met het grondoppervlak te liggen.
Vul vervolgens het plantgat en de ruimte tussen de wortels op. Waar je dat mee doet, hangt af van de grondsoort die je hebt. Rozen groeien het best in leemgrond of lichte klei. Heb je zware klei, dan kun je daar compost en zand aan toevoegen, zodat bij zware regen het water weg kan. Zandgrond kan verbeterd worden met compost of bentoniet, zure grond met kalk. Voor alle grondsoorten geldt dat de nieuwe roos een extra toegift van organische mest op prijs zal stellen.
Plant de roos zo diep dat het oculatiepunt (de verdikking boven de wortels) ongeveer 3 centimeter onder de grond komt. Druk de aarde rondom de roos goed aan met je voet en geef de plant enkele liters water. Maak een heuveltje van aarde rondom de voet van de plant. ‘Aanaarden’ heet dat, in het voorjaar haal je dat weer weg.
Ten slotte nog een tip: plant rozen niet op een plek waar daarvoor ook al rozen hebben gestaan. Daar is de grond aangetast door aaltjes. Aaltjes of nematoden zijn piepkleine, wormachtige diertjes die leven van de sappen in de wortels van bijvoorbeeld rozen. Als je je nieuwe rozen op die ‘vervuilde’ grond plant, zullen ze zo verzwakken dat ze gaan kwakkelen en last krijgen van allerlei narigheden. Als je op de plek waar rozen hebben gestaan tussen begin mei en eind juni afrikaantjes zaait, kun je er het jaar daarop weer rozen planten
Plant je een stamroos, plaats dan een stevige stok en bind het stammetje hier aan vast.
Wil je weten hoe en wanneer je een roos snoeit? Bekijk onze video.
